woensdag 22 november 2017

Jongensrang



Jongensrang

Zoals veel supporters met een rood-wit hart, ben ik mijn leven als PSV-supporter begonnen op de zogenaamde jongensrang, een speciale tribune in de zuid-oost-hoek van het oude stadion voor jongetjes die nog te klein waren om tussen de grote mensen plaats te nemen. Voetbal was toen nog vooral een jongenssport, meisjes zag je hoogstzelden op de tribunes, vandaar dat er werd gesproken van een jongensrang, niet van een jongens- en meisjesrang. Ik zag mijn eerste wedstrijd van PSV vanaf deze locatie in het voorjaar van 1963, het jaar waarin PSV het enige kampioenschap van de jaren '60 zou binnenhalen: PSV - Fortuna '54, de uitslag was 1-0.  

PSV - Fortuna '54 was een lichtwedstrijd, een fenomeen dat nog vrij zeldzaam was in die dagen. Ik keek mijn ogen uit. Het stadion leek een soort lichtgevende UFO die in de verduisterde binnenstad was neergedaald. Om enigszins duistere reden, speelde PSV die avond in het wit. In die periode moest nog de thuisclub (en dus niet het bezoekende team) het reserveshirt dragen indien er te veel gelijkheid bestond tussen de diverse clubkleuren, maar dat was hier zeker niet het geval, Fortuna '54 speelde in het groen. Misschien oogde het wit agressiever tijdens lichtwedstrijden dan het traditionele rood-wit gestreepte shirt. Hoe dan ook, PSV won de wedstrijd, heel moeizaam, met 1-0. Als ik mijn ogen sluit, zie ik Gerard Hoenen nog vertrekken vanaf links en uithalen voor het beslissende schot.

PSV is de enige club in het betaalde voetbal die steeds op dezelfde locatie heeft gevoetbald, aan de Frederiklaan, in de binnenstad, maar je waande je in het oude stadion in de vrije natuur. Vlak achter de tribunes rezen hoge bomen tot in de hemel, zo leek het, en terwijl je naar het voetbal keek, hoorde je de wind door de bladeren en takken ruisen. De jongensrang had één nadeel: je stond vrij ver van het speelveld. In 1958 had men de sintelbaan van het stadion verwijderd om het veld groter te maken, en daardoor sloten de tribunes aan de zijkanten - stadszijde en spoorzijde - nauw op het speelveld aan, maar achter de doelen liepen de tribunes in een wijde boog om het speelveld heen. De tribunes waren ook veel minder hoog dan tegenwoordig, wat het uitzicht verder beperkte. Zoals gezegd zag ik Gerard Hoenen op die mooie lenteavond vertrekken en  uithalen, en ik zag ook de doelman van Fortuna - ik geloof dat hij Vogels heette - naar de bal vallen, maar ik zag de bal niet in het doel verdwijnen. Dat het een doelpunt was, leidde ik af aan de voor mijn neus opspringende jongens, die minstens een kop groter waren, en alles hadden gezien ...

De oude jongensrang zou pas verdwijnen in de loop van de jaren '70, tijdens de langdurige verbouwingen aan het stadion. Nog jarenlang heb ik vanaf de bochtige tribune wedstrijden bijgewoond. Heel mooi was het scorebord, dat zich recht tegenover de jongensrang bevond, in de noord-westelijke hoek: het was nog niet elektronisch in die dagen, als er gescoord werd, werden letterlijk de bordjes verhangen. Het stadion bestond nog grotendeels uit staanplaatsen. Als er sprake was van een topwedstrijd, tegen bijvoorbeeld Ajax, Feyenoord of DWS (inderdaad: een topploeg in die dagen) klonk steevast de volgende oproep uit de luidsprekers: "Willen de mensen aan de spoorzijde doorschuiven naar beneden en naar het midden." Ik herinner me dat opgeschoten jongeren, die te groot waren geworden voor de jongensrang, maar eigenlijk nog te klein waren voor de spoorzijde, soms thuiskwamen met de mededeling dat ze weinig van de wedstrijd gezien hadden. Dat PSV twee keer had gescoord, hadden ze afgeleid aan de juichende mensen voor hun neus.

Volgende week meer over het kampioensjaar '62-'63


Je waande je in de vrije natuur ...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Kees kwam en zag ...

We verkeren in crisis. Volgens sommigen is de huidige crisis groter dan enig andere crisis die de club ooit heeft gekend. Wellicht is d...